De eerste pastor waar je mee te maken krijgt in je leven is
je vader. Mijn vader had geen groene schroom. Mijn vader had een groen hart.
Hij liet mij als peuter de bloem van een leeuwenbekje zien. Hoe mooi die bloem
is. Waarom die bloem leeuwenbekje heet. Hij leerde mij tijdens de vele
wandelingen met hem de namen van tientallen wilde planten. Wees op de Maker van
al dat moois. En met mijn jonge gulzigheid naar nieuwe, mooie dingen in mijn
leven sloeg ik al die informatie, beelden en gevoelens, op in m’n hersens en
m’n hart.
Toen ik later de tekst van het eerste gedeelte van artikel 2
van de NGB onder ogen kreeg, was dat volkomen vanzelfsprekend voor mij: God
leer je (ook) kennen uit de natuur.
En ik leerde dat die ‘natuur’ nog veel breder is dan dat
leeuwenbekje. Ik leerde God ook kennen tijdens de natuurkundeles, tijdens de scheikundeles
en zelfs tijdens de wiskundeles. Ik leerde God zelfs kennen uit het groene Binas-boekje, met z'n tabellen en formules...
Jos Douma noemt terecht op zijn blog (http://josdouma.wordpress.com/2012/06/11/de-groene-schroom-voorbij-2/)
als sleutelwoorden in het omgaan met Gods schepping: verwondering, vrees en
vreugde.
Elke dag als ik van station Barneveld Noord naar het ND-gebouw
aan de Hermesweg loop, over het fietspad aan de rand van het industrieterrein,
bekijk ik de bermen, vol met wilde planten, elke dag weer anders en steeds even
mooi. En ik dank dan mijn vader en meer nog prijs en dank ik God, de Schepper van hemel
en aarde.
Mooi verwoord en goud waard, zulke vaders die ons leren oog te hebben voor de schoonheid van de schepping!
BeantwoordenVerwijderen